Het grondgebied van de Zuid-Molukken wordt al meer dan 70 jaar bezet en geëxploiteerd door de Republiek Indonesië. De Molukken worden leeggeplunderd. Of het nu gaat om het delven van bodemschatten, zoals goud en aardgas, of over de abnormaal grote visvangst. De natuurlijke leefomgeving, flora en fauna, worden blijvende schade toegebracht door de onbeheerste houtkap voor het aanleggen van palmolie plantages en infrastructuur die niet in het belang is van de inwoners van de Molukken zelf. Hiermee wordt de Molukse bevolking in haar voortbestaan bedreigd en worden de mensenrechten op grove wijze door Indonesië geschonden.
De leef- en woongebieden van de oorspronkelijke bevolking worden meer en meer aangetast door legale en illegale houtkap, gedwongen verhuizingen en onteigeningen van adatgronden die hen al eeuwenlang toebehoren, bijvoorbeeld Sabuai en Gunung Tinggi op Ceram en Marafenfen op de Aru-eilanden. De mijnbouw heeft dramatische gevolgen voor mens- en milieu, zoals Gunung Botak op Buru en de nikkelmijnen op Pulau Gee en andere gebieden in Halmahera Timor. Tegen de exploitatie van de marmergroeven op WestCeram is de bevolking van Taniwel in opstand gekomen. We zien dat de direct getroffenen meer en meer in verzet komen maar moeten helaas vaststellen dat de leiders en actievoerders van deze tegenbeweging op strenge sancties kunnen rekenen.
Uitbuiting Maluku
De Molukken zijn nog steeds één van de armste gebieden van Indonesië. De Molukken zijn rijk aan bodemschatten, zoals nikkel en goud, de (LNG) gasbel van het blok Masela en de grote visvoorraad in de Molukse zee. Waar blijven de opbrengsten? Hoe kan het dat de Molukken wel beschikt over meerdere natuurlijke rijkdommen maar niet in welvaart kan leven? Waarom laten we het toe dat onze eigen cultuur, tradities en sociale systemen worden afgebroken en het Molukse volk in haar voortbestaan wordt bedreigd? Dit moet stoppen!
CEPA-handelsverdrag mag niet doorgaan
De RMS-regering vindt dat het sluiten van het CEPA-handelsverdrag tussen de Republik Indonesia en de Europese Unie (EU) nooit en te nimmer kan gaan over het grondgebied van de RMS. Zolang Indonesië het Zuid-Molukse grondgebied bezet houdt en de ZuidMolukse bevolking en ook andere volken, waaronder de Papua’s onderdrukt en met militair machtsvertoon de mond snoert, en zolang Indonesië lak heeft aan het respecteren van de mensenrechten, kan van een CEPA-verdrag nooit sprake zijn.
De sleutel ligt in handen van de 27 landen van de Europese Unie. Deze landen staan op het punt in EU verband het CEPA-vrijhandelsakkoord met Indonesië te ondertekenen. Voor het zover is moeten eerst de 27 parlementen van deze landen dit CEPA-verdrag bekrachtigen. Met deze goedkeuring staan de afzonderlijke parlementen toe dat het CEPA-verdrag tussen EU en Indonesië kan doorgaan. Ook in de Tweede Kamer zal dit CEPA-verdrag aan de orde komen.
De RMS-regering verzoekt alle lidstaten van de EU het CEPA-verdrag te toetsen aan de internationale mensenrechten en de EU-grondrechten. Dat geldt dus ook voor de Nederlandse regering en de Tweede Kamer.
Als de EU niet bereid is het te ondertekenen CEPA-verdrag te toetsen aan de bezwaren van de RMS gaat de RMS-regering het geschil ter beoordeling voorleggen aan het Europese Hof van Justitie.
Kom in actie en sluit je aan bij de campagne ‘Stop de onderdrukking en exploitatie van Maluku’. Sluit je aan bij de campagne en blijf niet werkeloos toekijken. Sluit je aan en doe mee zodat onze broeders en zusters op de Zuid-Molukken in vrede, welvaart en vrijheid kunnen leven!
Voor meer info: